Het is een niet meer weg te denken beeld op de Nederlandse wateren. Sloepen. Open boten met aan boord zichtbaar genietende mensen, comfortabel in de kussens, een koele rosé onder handbereik. Maar waar komt de sloepenrage vandaan en wat maakt een boot nou eigenlijk een sloep? We vragen het aan Epco Ongering, presentator van het RTL-4 programma Yacht Vision en hoofdredacteur van het gelijknamige blad.
We ontmoeten Epco in Vinkeveen, waar hij woont. Aan het water uiteraard. En Epco zou Epco niet zijn, als hij ons niet te woord zou staan op een robuuste sloep. “Deze sloep is van vrienden, hoor”, zegt hij, terwijl hij de boot losmaakt van de kant. “Zelf heb ik een zeilboot uit 1974 en een motorbootje voor de kinderen.” Hij stuurt behendig de Vinkeveense Plassen op. “Mensen zien mij op televisie altijd in luxe boten varen en verwachten dan dat ik zelf ook zo’n boot heb. Of ze denken dat dát mijn baan is: een beetje glamourous op een dure boot zitten. Maar dat is maar 10% van wat we doen. De rest is gewoon hard werken.” Hij lacht. “Door omstandigheden moesten we dit seizoen Yacht Vision opnemen in de winter, soms terwijl het drie graden vroor. Dan voeren we uren op een open boot. Op de uiterwaarden ernaast werd geschaatst! Mijn kaken waren zo verkrampt door de kou, dat ik amper mijn teksten nog kon uitspreken. Maar dan moet het er op tv natuurlijk wel uitzien alsof ik geniet”.
de sloep als hype
Al heeft Epco dus geen eigen sloep voor de deur liggen, hij weet er wel alles van. “Een sloep is eigenlijk niets meer dan een gebruiksboot, een werkboot. Al in de Gouden Eeuw waren er sloepen, die functioneerden als reddingsboot op de grote zeeschepen. De enorme hype is pas ontstaan in de jaren tachtig. Jachtarchitect Pieter Beeldsnijder kreeg van Bouw van Wijk de opdracht een klein plezierbootje te ontwerpen. Beeldsnijder baseerde zijn ontwerp op de open bootjes die werden gebruikt om zeilbootjes naar het water te slepen en om mensen naar hun boot toe te varen. Hiervoor werd vaak een Noorse spitsgatter gebruikt, die een afgeleide was van de klassieke houten, overnaads gebouwde reddingssloep.”
De Van Wijk 21 was geboren. Een boot met vloeiende, ronde lijnen en met een in het midden geplaatste stuurconsole. Deze ‘moeder van alle sloepen’ heet tegenwoordig de Van Wijk 621 naar zijn lengte, maar het ontwerp is door de jaren heen vrijwel onveranderd. In de jaren negentig kwamen er steeds meer sloepenbouwers bij en nu zijn er ongeveer vijftig, waaronder Van Wijk, dat nog steeds mooie sloepen bouwt.
kajuitsloepen
“Echte sloeppuriteinen vinden overigens dat een sloep moet voldoen aan een aantal specifieke kenmerken”, vervolgt Epco. “Een sloep heeft dan een kielbalk, een boegbalk, een spitse kop en een spits gat, een overnaadse bouw en aan aangehangen roer. Tegenwoordig zijn er allerlei variaties op die vorm. Naar mijn mening is een sloep een kleine boot met één of meer van de bovengenoemde kenmerken, die bedoeld is om een groep mensen op een aangename manier te vervoeren. Veel sloepen hebben een kabelaring, een dik touw rondom, dat oorspronkelijk is bedoeld als stootkussen. Maar als je nu een badkuip neemt en je gooit er een touw omheen, dan noemt men het al een sloep. Het maakt ook niet zoveel uit, het gaat om het plezier, vind ik. Het doel van een sloep is om te lekker te varen met wat mensen, lekkere hapjes en een drankje aan boord. De bijna obligate rosé of prosecco”, lacht Epco. “De scope is in de jaren wel veranderd: waren voorheen sloepen meestal zo’n 6 meter lang, nu gaat het van 4 tot een meter of 13. En het comfort is enorm toegenomen. Er zijn kajuitsloepen om met een man of vier te overnachten en veel sloepen hebben toilet aan boord. De boten zijn doorontwikkeld en makkelijk te varen; je hebt geen vaarbewijs nodig.”
Intussen tuffen we over de plassen, langs recreatie-eilanden en de kostbare stulpjes aan de Baambrugse Zuwe. We passeren talloze andere sloepen, waaronder een knaloranje exemplaar met grijplijnen. Er klinkt zomerse muziek. Aan boord een stuk of 12 feestende jongens en meiden. We zwaaien vrolijk naar elkaar.
Winkeloord
So far so good, maar hoe zat het ook weer met de uitdrukking ‘koop een boot en werk je dood’? “Aan een goede sloep heb je niet veel werk. Je moet de motor één keer per jaar laten nakijken en als de boot in de winter op de kant gaat, is het verstandig de onderkant schoon te spuiten en te voorzien van een nieuwe laag anti-fouling, tegen aangroei. Maar je kunt het ook anders doen. Tegenwoordig is het op heel veel plaatsen mogelijk een sloep te huren of een jaarabonnement te nemen op het gebruik ervan. Winkeloord in Vinkeveen bijvoorbeeld heeft een flink aantal Interboat 17 sloepen. Je betaalt € 1.795,- per jaar en dan kun je op zeven opstapplekken in Nederland altijd met zo’n sloep varen…” (www.vaarzonderzorgen.nl)
Helaas zijn we na enige tijd weer op de plaats van vertrek en gaan aan land. De koelbox is leeg. We hebben genoten van het water, het uitzicht, de natuur, de vogels, de sfeer op het water en de gezelligheid aan boord. “Het is zó logisch dat sloepen populair zijn,” concludeert Epco. “Water en varen, het hoort bij ons land en onze cultuur. Het is heerlijk om op het water te zijn, je bent er helemaal uit, je bekijkt de wereld op een andere manier. Op woensdagavond doe ik vaak mee met de caféwedstrijden op de Vinkeveense Plassen. Daar doen zo’n 25 zeilbootjes aan mee. We varen echt met het mes tussen de tanden, maar na afloop drinken we met elkaar een biertje bij Jachthaven Bon. Als ik dan ’s avonds laat naar huis vaar over de donkere plas, voel ik me de koning te rijk”.
tips Yacht Vision
5 TIPS van Yacht Vision’s Epco Ongering voor de aanschaf en het gebruik van een sloep:
1. Koop een sloep van een bekend merk. Er zijn in Nederland zo’n 50 verschillende merken sloepen te koop. De grote merken hebben hun product voortdurend doorontwikkeld door te luisteren naar hun klanten. Een sloep van een bekend merk behoudt bovendien zijn waarde.
2. Hou je aan je budget – denk aan de 10%-regel. Ga zoeken onder je maximale budget en trap niet in de valkuil om steeds je marge te verleggen. Reken op 10% van de aankoopprijs per jaar voor stalling, onderhoud, liggeld, benzine, verzekering etc.
3. Koop een gebruikte sloep bij een dealer die met HISWA-voorwaarden werkt. Gebruikte sloepen zijn nog vrij kostbaar. Nederland kent zo’n 4.000 watersportbedrijven met een uiteenlopend begrip van service. Laat je niet leiden door wat goedkoop lijkt.
4. Gedraag je op het water hoffelijk. De sfeer op het water is gemoedelijk. Groet andere watersporters en bied hulp aan als dat nodig is. Haal als je gaat varen de stootwillen binnen, dan val je niet meteen door de mand als onervaren schipper.
5. Tot slot: RTFM!!! Oftewel: read the fucking manual! Het varen met een sloep is niet ingewikkeld, maar er zijn een paar dingen die je echt moet weten. Neem de handleiding door om onnodige en onnozele problemen te voorkomen.
One Comment
Leave a Reply