Buiten is het een drukte van jewelste in Amsterdam-Zuid, binnen bij designer Edward van Vliet heerst een serene rust. “Dit is mijn sanctuary. Ik kan dagen lang alleen thuis zijn. Aandacht besteden aan de projecten waar ik mee bezig ben, heerlijk.”
Edward van Vliet is net terug van Maison et Objet, het twee jaarlijkse woon- en designevenement in Parijs, maar bijzondere nieuwe trends zijn de designer niet bijgebleven. “Ik vond het weinig verrassend. Iets nieuws wordt al heel snel via social media gedeeld en gaat de hele wereld over. Misschien moeten ze het een keer per jaar organiseren, dan heb je meer te vertellen.”
Edward is ambassadeur van Maison et Objet en promoot de vele Nederlandse bedrijfjes die aan het woon- en designevenement deelnemen. “Het gaat vaak om bijzondere ondernemingen die leuk zijn om te zien, maar hier helemaal niet bekend zijn. Die gaan naar het buitenland, omdat er in Nederland gek genoeg ook helemaal geen designbeurs is.”
Verlichting
Zo’n dertig jaar is Edward nu succesvol als designer. Begonnen met het ontwerpen van stoffen en dessins, heeft hij dit later uitgebreid met verlichting en complete interieurs. Nu richt hij hotels en resorts in verschillende delen van de wereld in.
Bij designcentra als Co van der Horst en Moooi vind je de vloerkleden (Sir Edward en Garden of Eden), de lampen (Kaipo Too), het behang en nog veel meer dat Edward onder eigen naam of voor merken als Leolux, Moroso, Rosenthal, Jee-O badkamers en Glass Spa concepten maakt.
Soldaat van Oranje
Daarnaast ontwerpt hij interior design concepten, zoals in eigen land voor de theaterhangaar van Soldaat van Oranje, en verder heeft hij het ontwerp gemaakt voor het voorzitterschap van de EU in het Scheepvaartmuseum en de gebouwen op het maritieme terrein.
Inmiddels is hij ook in het buitenland actief en heeft hij recent een resort in Mozambique ingericht. “Ik vond het heerlijk om met al die verschillende invloeden aan de slag te gaan. De Mozambikaanse cultuur en Portugese architectuur en hoe dat allemaal op een bijzondere manier samen komt.”
Experience
“Ik wil eigenlijk altijd een bijzondere wereld neerzetten. Producten samenbrengen die niet bij elkaar passen en daar andere oplossingen voor bedenken. Ik wil dat je bij binnenkomst verrast en geprikkeld wordt, een duidelijke experience ondergaat, dat je denkt: wow!” Alles in zijn ontwerpen hangt met elkaar samen en zo is hij ook tot total concept developing gekomen.
“Ik bedenk een concept vanuit een context. Voor wie is het? Om wat voor locatie gaat het? Welke connectie is er met de natuur? Dit vind ik heel erg belangrijk, met plastic heb ik nooit iets gehad. Verder ga ik helemaal niet uit van trends, ik creëer mijn eigen wereld. Eigenlijk vertel ik steeds een nieuw verhaal.”
Conflict
En in dit verhaal moet de buitenkant van een pand matchen met het interieur, vindt Edward. “Kijk naar Soho House in het Bungehuis in Amsterdam. Het is een prachtig pand, maar het concept voor het interieur – klassiek Engels, want daar staat Soho House voor – is duidelijk doorgedrukt en klopt niet helemaal met de buitenkant. Dan krijg je een conflict.”
Hetzelfde geldt voor het Andaz hotel aan de Prinsengracht en waar voorheen de openbare bibliotheek te vinden was. “Andaz is te veel van alles, er is geen duidelijke keuze gemaakt. Het is een prachtig producten portfolio van Marcel Wanders. Ik mis het concept en context. Ik werk meer vanuit de brand of opdrachtgever. Mijn signatuur is minder nadrukkelijk aanwezig.”
Designsleutels
Edward werkt aan de hand van negen designsleutels die hij voor elk project als uitgangspunt neemt en in harmonie samenbrengt: patronen, lagen, natuur, culturen, materialen, kleuren, traditie, licht en schatten. “Ik probeer in de huid van de opdrachtgever te kruipen en te bedenken wat je met een locatie kunt doen. Voor het resort in Mozambique vroeg ik mij af wat ik wil dat de gast gaat ervaren. De ideeën hiervoor komen voort uit de negen designsleutels, die zijn mijn signatuur.”
Vervolgens heeft Edward het concept van Rooms of Origins ontwikkeld. “Dat geeft houvast wanneer je meerdere ruimten wilt inrichten, zoals voor het Radisson Blu hotel in Amsterdam. De lobby, de restaurant/bar, de slaapkamer, de badkamer hebben zo allemaal een relatie met elkaar. Zo’n totaalconcept geeft mij de mogelijkheid te anticiperen op het signatuur van de architect die bij een opdracht betrokken is, dat ik kan meedenken met het team dat erbij betrokken is.”
Mondiale gevoel
Zijn huis in Amsterdam-Zuid, waar het interview plaats vindt, is eigenlijk een soort brandstore, met louter items die hij zelf heeft ontworpen. En passant vertelt Edward net zijn studio aan de Van Eeghenlaan te hebben gesloten. “Ik ben in het verkeerde land geboren. Met mijn temperament pas ik veel beter in Zuid-Europa. Daar snappen ze beter het mondiale gevoel, dat dingen uit verschillende culturen met elkaar kunnen versmelten, dat ze anders mogen zijn. Mijn studio krijgt een vervolg in Barcelona.”
“Ik houd van veel kleuren en dat mis ik in Nederland. Deze kast (hij wijst de Album Armarium-red) is bewust rood en ik vind het zo irritant dat mensen dan aan mij vragen: is de kast er ook in het zwart? Ik vind zo’n hele andere kleur juist leuk. Sowieso heeft men in Nederland geen geld over voor bijzondere dingen. En iedereen wil altijd korting!”
Naast Zuid-Europa lonkt ook Afrika voor Edward, sinds hij een paar jaar terug Coral Lodge Mozambique vorm mocht geven. “Ik heb er een stuk grond gekocht, waar ik mijn eigen resort ga ontwikkelen. Het is er erg mooi, alsof de tijd er honderd jaar heeft stilgestaan. Vanuit het Midden-Oosten en Azië is er echt een run op Oost-Afrika. En dan moeten er natuurlijk ook verblijfsplekken zijn. We gaan nu een huis bouwen, dat is het eerste voor dat resort. Ik heb er geen haast mee hoor, het is een lekkere plek om te zijn.”
